zaterdag 10 januari 2009

Lezendarisch 2009


Onlangs kwam mij ter oge dat er mensen zijn, die bijhouden hoeveel boeken ze lezen. Ik neem aan dat ze ook noteren welke boeken het betreft. Dat bracht mij op een idee: als ik, Kortsluiting-Groningen, dit jaar nu eens digitaal verslag ga doen van mijn boekenleeservaringen – dus opschrijven wat ik gelezen heb. En om het wat minder saai te maken, zal ik die opsomming vergezeld laten gaan van een oordeel over elk boek.
Om te beginnen dan maar de boeken die ik las tijdens de afgelopen midweek op Schiermonnikoog. Wat ik dit jaar las voorafgaand aan deze korte vakantie, probeer ik te reconstrueren voor een volgend blogje. (Heerlijk, dit idee – nooit meer wanhopig op zoek naar een onderwerp, ‘want het is weer eens tijd voor een stukkie’.)


Ik begon met het uitlezen van Willem Frederik Hermans Volledige werken 11. Beschouwend werk (De Bezige Bij, Amsterdam 2008). Een fijn boek, meer zeg ik er nu niet over – om maar meteen goed te beginnen. Iets dieper ingaan op dit boek zal ik in mijn binnenkort, dat wil zeggen in de loop van de komende week, te publiceren Boekentoptien 2008, waarin het een plaats inneemt.


Hierna las ik Maurice FeraresMoussebilines. Vrijwilligers voor de dood (Uitgeverij Abigador, Arnhem 2007). Over deze door de revolutionair-socialist Ferares geschreven min of meer sleutelroman, die handelt over de Algerijnse vrijheidsstrijd en het in Nederland gehouden “valsemuntersproces” tegen twee kopstukken van de internationale trotskistische beweging (Michel Raptis en Sal Santen), is een uitgebreide bespreking in voorbereiding, ter publicatie in het eerste Jaarboek voor revolutionair-socialistische theorie, analyse en geschiedenis; en wellicht ook op dit blog. Vooralsnog wil ik volstaan met het globale oordeel: een spannend en vooral boeiend boek, dat echter bol staat van de kromzinnen – wat in ieder geval bij mij het leesplezier toch wel enigszins vergalde. Maar toch: lezen.


Herman de Regt & Hans Dooremalen Wat een onzin! Wetenschap en het paranormale (Uitgeverij Boom, Amsterdam 2008), is het werk dat ik hierna ter hand nam. Een prettig leesbaar boek, waarin op grond van wetenschappelijk onderzoek de vloer wordt aangeveegd met onder andere mediums, homeopathie en intelligent design; en waarin wordt aangetoond dat Pim van Lommel een oplichter is, met zijn geëmmer over bijna dood ervaringen die zouden bewijzen dat een bewustzijn onafhankelijk van het lichaam kan bestaan en functioneren. De Regt en Dooremalen laten zien dat Van Lommel welbewust de boel bedondert door zich te beroepen op wetenschappelijke publicaties die bij nalezing het tegenovergestelde blijken aan te tonen van wat Van Lommel beweert dat ze aantonen. Met andere woorden: Van Lommel is een leugenaar en een oplichter. Ook interessant is het hoofdstuk waarin de schrijvers proberen te verklaren waarom mensen behoefte hebben aan het geloven van aperte onzin. Het zou wel eens te maken kunnen hebben, stipuleren ze voorzichtig, met een evolutionair voordelige overlevingsstrategie: het leggen van verbanden tussen de dingen (en verschijnselen) die je om je heen waarneemt. Wie hierover meer wil weten leze hoofdstuk 6 van het boek Wat een onzin!, of het in de noten en literatuurlijst genoemde boek van L. Wolpert Six Impossible Things Before Breakfast. The Evolutionary Origins of Belief (Faber & Faber, London 2006). Ik ga dat boek binnenkort aanschaffen, dus over deze theorie later meer op dit weblog. Tot slot gaan de schrijvers in op de (on)verenigbaarheid van wetenschap en geloof in een god. Een zwak hoofdstuk, waarin ze niet de voor de hand liggende atheïstische conclusie trekken, maar ook ruimte laten voor het agnosticisme – en dit is in volledige tegenspraak met alles wat ze in de rest van het boek wetenschappelijk onderbouwd betogen. Jammer, maar desalniettemin is dit boek een aanrader voor iedereen die zich verzet tegen het hedendaagse modieuze gezweef. Ook voor zwevers, of new agers, of hoe ze zich ook maar noemen, is dit boek een aanrader; maar helaas leest dat soort mensen nooit iets dat tegen hun geloof ingaat.
Over de laatste twee boeken die op Schier las morgen, anders wordt dit een wel heel lang stukje.

Geen opmerkingen: