zaterdag 30 juli 2011

Sprookje

En ze liefden nog lang en gelukkig.

donderdag 21 juli 2011

Samoeraizwaard

Wanneer de Mathenesserbrug openstaat om er een binnenvaartschip door te laten, dan drommen auto's, brommers, fietsers, scootmobiels en voetgangers aan weerszijden van de ophaalbrug samen, gelaten wachtend tot ze hun reis kunnen voortzetten.
Wanneer de brug langzaam begint te dalen, krijg ik een welhaast onbedwingbare kriebel in mijn donder. Het voelt alsof er een slagveld begint. Ik moet de neiging onderdrukken naar de voetgangers aan de overkant te stormen om er op los te beuken. Gelukkig laat ik mijn samoeraizwaard altijd thuis.

maandag 18 juli 2011

Vereniging Martijn verbieden?


[Het betreft hier een uiterst gevoelig onderwerp, dus voor alle duidelijkheid: Karel schreef dit.]

En opeens is er een nieuw kwaad ontdekt: de pedofiel. Binnen no time had een petitie die pleit voor het verbieden van Vereniging Martijn meer dan de veertigduizend voor een burgerinitiatief vereiste ondertekenaars, waardoor de Tweede Kamer na het zomerreces gaat praten over een eventueel verbod van deze vereniging van en voor pedofielen. (De uit slechts enkele zinnen bestaande petitie barst trouwens van de feitelijke onjuistheden, maar dat is niet waar het hier om gaat – al maakt het wel duidelijk dat de opstellers en ondertekenaars zich niet interesseren voor feiten maar slechts voor onderbuikgevoelens.) Dat Kamerdebat in september zal verheffende taferelen gaan opleveren: om niet bij elkaar achter te blijven of voor elkaar onder te doen zullen woordvoerders van alle partijen zich in niet mis te verstane bewoordingen uitlaten tegen pedofielen, pedoseksuelen, kinderverkrachters en makers en verspreiders van kinderporno; daarbij voor het gemak al deze categorieën aan elkaar gelijkstellend.
Het is natuurlijk bijzonder ernstig wat hier gebeurt: men wil Martijn verbieden vanwege de ideeën die de vereniging uitdraagt. En hoe abject je die opvattingen misschien ook mag vinden, dat mag nooit een reden zijn om over te gaan tot een verbod. Als de vereniging strafbare feiten zou plegen, dan kan er via het strafrecht worden opgetreden – vooralsnog is hiervan geen sprake; sterker nog: het Openbaar Ministerie heeft nog zeer onlangs onderzoek gedaan naar de vereniging en geen aanleiding gevonden om tot vervolging over te gaan.
In een interessante discussie die ik hierover laatst had met een weldenkend iemand die ertoe neigt om in te stemmen met een verbod, werd mij duidelijk dat dat standpunt kan voortkomen uit nog iets anders dan alleen maar burgerlijk onbehagen over de ideeën van Martijn; dat het samenhangt met het ontkennen van de aanwezigheid van seksuele gevoelens bij kinderen. Ik merkte op: “Natuurlijk zit je met het probleem dat er altijd sprake is van een scheve machtsverhouding bij contacten tussen volwassene en kind, en zul je daarin altijd de kant van het kind moeten kiezen; ik geloof echter niet dat zo’n contact per definitie slecht is voor het kind. Vaak wel, maar lang niet altijd.”
Het antwoord luidde: “Waar baseer jij op dat zo’n contact niet per definitie slecht is voor een kind? Ik geloof namelijk terdege dat zo’n contact per definitie slecht is voor een kind, zeker ook voor een kind van 12. Ik weet niet waar jij je mee bezighield toen je 12 was, maar in mijn geval was dat met soldaatje spelen, transformers en technisch lego en zeker niet met seks met (of gevoelens voor) iemand van drie of vier keer mijn leeftijd. Het lijkt me dat de scheve verhouding (jij noemt het machtsverhouding maar ik zie het ruimer dan alleen macht) voor het kind ook niet valt in te schatten.”
Ik: “Ik baseer dat op mijn eigen ervaring (als kind). Ik heb er nu geen tijd voor, maar zal in de loop van het weekend een uitgebreider stuk daarover schrijven op mijn weblog.”
Daarom hieronder een autobiografisch fragment uit mijn (nog) niet gepubliceerde roman De hoofdpersoon:

Dat ik blij ben dat de kinderverkrachter van Chick gepakt en veroordeeld is, wil natuurlijk niet zeggen dat ik ontken dat kinderen seksuele gevoelens hebben (verkrachting heeft immers niets met seks te maken, maar alles met macht en geweld), of dat ik geloof dat pedofilie of pedoseksualiteit per se schadelijk zijn voor een kind. Wat het eerste betreft: als jongetje van tien kocht ik regelmatig de Candy, tijdens het doorbladeren van welk periodiek ik mijn onbehaarde zakie streelde tot menig zaadloos orgasme. Die “seksboekjes” verkreeg ik op slinkse wijze: ik schreef, in schuinschrift, een briefje waarin ik mij uitgaf voor mijn invalide vader, die zelf niet in staat was naar de winkel te komen en derhalve verzocht aan mij de nieuwe Candy mee te geven. Dat briefje ging samen met geld in een envelop en vervolgens over de toonbank. Mijn bij tijd en wijle bijzonder geestige vader, die maar één arm had, zei toen hij hierachter kwam: ‘Wat misselijk om mijn invaliditeit te misbruiken.’ Verder maakte hij er geen woord aan vuil. Wel wilden hij en mijn moeder graag mijn verzameling pornoblaadjes lenen. Pas later begreep ik waarom: toen ik het stapeltje terugkreeg hebben ze me uitgebreid op het hart gedrukt dat wat in die tijdschriften stond alleen maar seks was, en dat het niets te maken had met liefde. Daarna zijn ze er nooit meer op teruggekomen.
Seksueel getint lichamelijk contact met een volwassene had ik toen ik een jaar of twaalf oud was. Om te oefenen voor een muziekuitvoering in een tehuis voor mongolen, waren een vriendje en ik thuis bij de (niet mongoloïde) organisator van die avond – een man van rond de dertig denk ik, maar in ieder geval: een zwaar volwassen vent. Hij liet ons allerlei oosterse dolken en zwaardachtige dingen zien, onderwijl opscheppend over de gevaarlijke vechtsport die hij beoefende. Wij vonden het allemachtig stoer. Dus toen de man zei dat het bij zo’n zware sport belangrijk was om je spieren goed los te maken, en dat dat het beste kon middels massage, wilden wij natuurlijk graag zo’n massage ondergaan. Binnen de kortste keren lagen we op onze buik op bed, met slechts een onderbroekje aan. Op een gegeven moment vertelde de masseur dat de spieren uit de bovenbenen doorliepen in de billen, en dat hij beter zou kunnen masseren wanneer we onze broekjes uitdeden. Mijn vriendje wilde dat niet – op hem werd verder ook geen enkele druk uitgeoefend. Ik daarentegen verklaarde me onmiddellijk bereid. Het enige waar ik me zorgen over maakte, was dat de echtgenote van onze masseur misschien de slaapkamer zou binnenstappen – niet omdat ik het idee had dat er iets gebeurde dat niet mocht, maar omdat ik niet in mijn blote kont voor een vreemde vrouw te kijk wou liggen. Nadat mij verzekerd was dat ze de eerste uren niet thuis zou komen, ontdeed ik mij van mijn onderbroek. Pas jaren later begreep ik als lustobject voor de man gediend te hebben, maar ik heb daar nooit moeite mee gehad: ik een fijne middag, want deelgenoot in een stoere mannensport, en hij een fijne middag, teder mijn jongensbillen knedend. Kortom: samen blij, niks mis mee lijkt me. En dat hij niet eerlijk was: ach – waarschijnlijk was ik me rot geschrokken was hij het wel geweest, en wie weet had ik daarvan dan wel last ondervonden.

zondag 17 juli 2011

Wit hart en zwarte tong

Ik kijk verder dan mijn neus lang is, daarom steek ik
liever mijn tong in andermans zaken. De tong is
erg gevoelig en het aanraken van andermans
zaken kan erg opwindend zijn. Cupido en
liefde zijn andermans zaken. Ik heb een tong als
een scheermes. Mijn tong is een beest, als je het vrijlaat
zal het bijten. Jouw zaken branden op mijn tong. Ik
spendeer mijn tijd in het opsporen van andermans
fouten. Persoonlijke zaken. Een traan droogt immers
snel, vooral bij andermans rampen. Ik stimuleer
graag de groei van bitterheid in andermans hart. Een
wens die uit moet komen omdat ik je schoenveters
strik. Leg daarom je witte hart op mijn tong en smelt.

Madurodam

Niemand in het restaurant
heeft ooit van een eierbal gehoord.

donderdag 14 juli 2011

Levenscyclus vanaf de top van de voedselketen

vanuit restaurant Vis aan de Maas te Rotterdam

Begin met het geven van namen aan je huisdieren.
Noem je hond koekje, je papagaai manna.
Noem je vissen fruit uit de zee en noem je konijn kerstdiner.
Maar noem het lam Hans.
Mest alles op vier poten vet behalve de tafel waarvan je het eet
en geef Hans visioenen van overvloedige schepschotelpeperkoek.

We're loving it, want daar gebeurt het.

Je kinderen hoeven nooit meer zonder overgewicht te leven.

Betaal tenslotte de leverancier uit Hamelen
met hun zoete bloed.

woensdag 13 juli 2011

overspel

mijn vrouw bakt taarten
en organiseert fancy fairs in de kerk

zaterdag 9 juli 2011

Net goed

In de aanbiedingenbak bij V&D – tot 70% korting! – ontdekte ik vanmiddag: de vijf-dvd-box “ik-weet-niet-hoeveel jaar André”. Hebbes! dacht ik. Op weg naar de kassa om het kostbaar kleinood af te rekenen, zag ik opeens dat het om Rieu ging en niet om Van Duin.

vrijdag 8 juli 2011

Gastmaal

Het gastmaal werd gehouden in het park. Tijdens het dessert raakte ik in gesprek met een man die beweerde dat zijn volk in vroeger eeuwen oorspronkelijk vier armen, vier benen, twee ruggen en twee gezichten hadden. Ik twijfelde of ik de beste man voor gek moest verklaren ofwel in lachen mocht uitbarsten om de goede mop. Nadat de man klaar was met zijn verhaal spreidde hij de vleugels op zijn rug en vloog weg. Ik heb hem nooit meer gezien.

donderdag 7 juli 2011

Raar

Je wordt wakker. Ogenschijnlijk zoals altijd, er gaan dan ook geen alarmbellen af. Je start je computer op en bemerkt dat hij het niet meer doet. De harde schijf zal wel weer gecrasht zijn. Je besluit je e-mail te checken in een internetcafé, maar daar werkt je hotmailaccount niet. Als je gaat informeren aan de balie, zegt de man: 'Hotmail? Dat is toch al eeuwen geleden in onbruik geraakt?' Pas dan bemerk je dat je twee verschillende sokken hebt aangetrokken.

vrijdag 1 juli 2011

Klavertjevier

Niets gaat vanzelf, maar toen ik eindelijk besloot om zelf op zoek te gaan naar een klavertjevier, bleken ze allemaal reeds gevonden. Ik bekloeg me bij een persoon die er eentje in zijn bezit had. Hij vond dat ik niet besefte hoe gelukkig ik mezelf mocht prijzen.
'Heb je er wel bij stilgestaan hoeveel onderhoud zo'n klavertjevier vergt om het in ordentelijke staat te behouden?' vroeg de persoon. 'Het is zinvol werk, maar ik kan het me niet permitteren om de aandacht te verslappen. Alle andere dingen schieten erbij in.'
Of die andere dingen dan ook de moeite waard zijn wist die persoon niet te vertellen.