Terwijl de Verloofde op tournee door Europa in Londen privéfeestjes van de UK Subsbezoekt en de nachten in stapelbedden in hostels doorbrengt, af en toe enkele minuten vrijmakend voor een videogesprek via skype,
liep Kortsluiting-Groningen met zijn ziel onder de arm en verdreef hij het geamputeerde gevoel middels lezen, lezen, schrijven, lezen en een pizza per dag. Tot vanmorgen: het vakantiegeld kwam binnen en uw Stadse redacteur toog naar het Carillon – nee niet dat jammerding in de top van de Martinitoren, maar de muziekzaak aan de voet ervan. Kocht hij daar een plaatje van de Fuckups, bandje van De Verloofde dat vanavond in een hostel in het nationale rugbystadion (vergelijk met de skypefoto, vrijwel dezelfde hoek) van Wales in Cardiff speelt?
Hoewel romantiek leuk is: neen. Hij schafte zich de Complete Works van Tristan Keuris aan, een box met 11 CD’s en 1 DVD bevattende alle werken van zijn favoriete (Nederlandse) componist, die te kort leefde van 1946 tot 1996.
Nooit van gehoord? Dat moet anders – luister naar Music for violin, clarinet and piano, een (jeugd)werk uit 1973.
Karel ten Haaf (1962) wordt hogelijk gewaardeerd – vooral door zichzelf – als prozaïst. Zijn meest recente publicaties op dit vakgebied zijn de roman Geen zomer meer en de novelle Bokkenvla (beide Uitgeverij Passage, Groningen). Als dichter geniet hij vooral vermaardheid in het kroegencircuit, dit in weerwil van het feit dat hij soms wel eens droog staat. Zijn gedichten werden gepubliceerd in tijdschriften alsmede in een negental eigenbeheer bundels. De tiende dichtbundel was niet alleen zijn officiële debuut als dichter, maar tevens het dikste poëziedebuut uit de geschiedenis van de Nederlandstalige letteren. De woordkunst van Ten Haaf wordt door de pers zeer divers gewogen: het Dagblad van het Noorden had het over “platte prietpraatpoëzie”, Vrij Nederland maakte gewag van “een bijzondere leeservaring”, terwijl Trouw zijn werk kenschetste als “opwindend”. O ja: de in december 2007 bij Uitgeverij Passage te Groningen verschenen, 544 pagina’s tellende bundel heet meisjespijn. In 2008 verscheen zowel Die Toffe Gasten - Snackhal Leo (samen met Stefan Nieuwenhuis geschreven) als Mieke Maaike van het Noorden - Schimmel (samen met Marjan Feith geschreven), en in 2009 het solowerkje Mijn Nieuwe Roman.
In 2010 zag Zieteratuur het licht; een bloemlezing concrete en visuele poëzie uit Nederland en Vlaanderen. Eveneens in 2010 (en eveneens bij Passage) verscheen K-1, van de schoonheid en de kracht - dit vechtsportboek schreef Karel ten Haaf samen met
Daniël Dee (1975) verwierf bekendheid met zijn debuutbundel 3D – schetsjes van onvermogen (uitgeverij Passage, Groningen) en als samensteller van de bloemlezingen Vanuit de lucht, Kutgedichten en Klotengedichten (de laatste twee samen met Tsead Bruinja). Zijn gedichten verschenen in diverse literaire tijdschriften (o.a.: Passionate, Het liegend konijn en Krakatau) en enkele bloemlezingen (o.a.: De Dikke Komrij en de Spiegel van de moderne Nederlandse en Vlaamse dichtkunst). Hij droeg zijn gedichten voor door heel Nederland en België, onder andere op festivals als de Wintertuin en Lowlands. Dee geeft veelvuldig workshops.
Zijn tweede bundel Vierendeel (Uitgeverij De Geus, Breda) werd door het dichterspanel van de poëzieclub verkozen tot Poëzieclubkeuze zomer 2005. In 2007 verscheen bij uitgeverij Passage zijn derde bundel getiteld Koffiedik zingen. Momenteel is Dee huisdichter van het radiostation KinkFM en vaste recensent van het poëzietijdschrift Awater. Ook levert hij culturele bijdragen aan nu.nl en de krant Rotterdam Vandaag & Morgen. Daarnaast bezit Dee alle platen van de Fuckups.
In 2009 verscheen de bloemlezing Meesterwerk, waarin Daniël Dee 37 jonge dichters heeft gevraagd om een poëtisch antwoord te formuleren op hun favoriete gedicht. Meesterwerk bevat zowel de klassieke gedichten als de moderne versies, naast elkaar.
Voor meer indrukken kijk op: http://www.danieldee.nl/.