Posts tonen met het label gefeliciteerd. Alle posts tonen
Posts tonen met het label gefeliciteerd. Alle posts tonen

donderdag 17 januari 2013

Let the leather speak

Vandaag jarig: Muhammad Ali aka GOAT (Greatest Of All Time) is 71. De beste bokser ooit – ja, ooit: dit is geen gevalletje van once in a lifetime, maar dit is once in history. Zelfs bij leken bekend is zijn onorthodoxe voetenwerk, de Ali-shuffle, maar wat veel minder mensen weten: ook zijn handspeed, zijn stootsnelheid was ongekend – zeker voor een zwaargewicht. Niet alleen Ali’s onvoorstelbare lichtvoetigheid is goed te zien in onderstaand wereldtitelgevecht tegen Brian London, maar ook hoe snel zijn combinaties waren (voor degenen zonder geduld: begin te kijken op 9 minuut 20 seconden):

vrijdag 28 januari 2011

Stefan Nieuwenhuis hoera!


Stefan Nieuwenhuis, die toffe gast, wordt door ons hartelijk gefeliciteerd. Want hij is de nieuwe stadsdichter van Groningen. Groot nieuws, dachten wij - tot we op het literaire weblog Tzum een bericht van donderdag 16 juli 2009 lazen:



zaterdag 17 januari 2009

Er is nummer één jarig, hoera, hoera!

(Dit blogje is opgedragen aan Stefan Nieuwenhuis, in de hoop dat hij gaat inzien dat Ali wel degelijk “the greatest” is.)

Zevenenzestig wordt hij vandaag, de beste bokser ooit. Wie hem nooit bezig heeft gezien in de ring, wie hem slechts kent als de huidige aan parkinson lijdende vleesgeworden traagheid zelve, kan het zich waarschijnlijk niet voorstellen. Maar de als Cassius Clay geboren, zich later noemende Muhammad Ali, is de man die het dansen, de lichtvoetigheid, introduceerde in de boksring; die een einde maakte aan het statische toe-to-toe gevecht.
(Of Ali’s huidige neurologische aandoening het gevolg is van zijn jarenlange carrière als profbokser, daarover zijn de geleerden het niet eens. Maar ik haal in dit verband graag de woorden aan die Armando sprak, toen hem gevraagd werd waarom hij gestopt was met boksen: ‘Het kan nooit gezond zijn, al die klappen op je pan.’)
Door zijn beweeglijkheid is Muhammad Ali ook degene die als geen ander liet zien dat het ontwijken van slagen welhaast belangrijker is dan het uitdelen ervan; dat boksen inderdaad the noble art of self-defence is, en niet een tijdverdrijf voor primitieve agressievelingen (laag voorhoofd, platte kop).
Op verzoek van de Verloofde van Kortsluiting-Groningen, die niets van vechtsport hebben moet (de Verloofde bedoel ik), volgt hier een staaltje van Ali’s ontwijkkunst – een dans die zelfs de Verloofde met stomheid sloeg. (Om de een of andere reden lukt het insluiten niet, dus dan maar zo.)

Het was, als ik mij goed herinner, op onze eerste avond samen, dat ik de toen nog niet maar inmiddels al jaren Verloofde vertelde dat boksen ook poëzie kan zijn, en dat ik ter illustratie, enigszins beschonken, op straat imiteerde hoe Ali de finale klap inhield bij het neerslaan van George Foreman, hoe hij meedanste, de vuist in de aanslag, met de neertollende George – aldus de knock out, de superieure knock out verheffend tot poëzie. Ziehier het origineel.
(“Insluiten op verzoek uitgeschakeld” – dus een link.)

En de herhaling in slow motion: kijk.

Zelf heeft Kortsluiting-Groningen nog op het netvlies staan de partij, in Ierland, tegen Alvin Lewis, een vrij onbekende Amerikaanse bokser. (Wellicht was dit, we schrijven 1972, de eerste partij van Ali die ik live op tv zag, dat ik hem me daarom zo levendig herinner; en anders is het gewoon een goede bokswedstrijd die ik enkele jaren later gezien heb, en die mij bijbleef vanwege de kwaliteit.) Een wedstrijd die niet eindigde met een spectaculaire knock out, doch in Ali’s voordeel beslist werd op TKO in de elfde ronde. Maar wat een gracieuze en tegelijkertijd hard knokkende bokspartij van de grootste ooit (en petje af ook voor zijn opponent). Helaas staat niet de hele partij op you tube, dus moeten we het doen met ronde 9.

zondag 2 november 2008

Op naar de boekhandel


Vier jaar heeft het geduurd, maar daar is hij dan toch: de nieuwe dichtbundel van J.A. Deelder. Tussentijds heet het gisteren gepresenteerde, 60 pagina’s tellende boekwerkje dat werd uitgegeven door de Bezige Bij, en het kost slechts twaalf euro negentig. Doen, die aanschaf. Zodra ik het boekje opensloeg was het raak: prachtige poëzie. Het begint al met de ondertitel – niet gedichten of poëzie, maar gedichten? noemt de schrijver het. En dan het werk zelf. Deelder grijpt je vanaf de eerste regel meteen bij de lurven met zijn onopgesmukte, soms ietwat archaïsche, maar altijd directe taalgebruik. Je leest over de naderende dood vooral, de onafwendbaarheid van Hein. Het leven duurt veel te kort, denk je dan, en de dood veel te lang.
Hoewel de bundel na het ijzersterke begin ietwat inzakt (waarmee ik zeggen wil dat de rest van de bundel nogal wisselend van kwaliteit is, al staan er ook volop juweeltjes in) is alleen al de eerste afdeling, 1 (één) getiteld, genoeg om Tussentijds in de kast te willen hebben staan. Volgt nu integraal die prachtige openingsreeks:

Zestig jaar en
nog niet dood

Kleine jongens
worden groot

[p. 7]


Beter te zijn
waar je moet wezen

dan te weten
waar je moet zijn

[p. 8]


Je hart blijft
kloppen tot

het stopt. Dan
houdt het op

[p. 9]


Het licht
in de tunnel

is het nade-
rend eind

[p. 10]

zaterdag 11 oktober 2008

Ja


Waarom schreven de Kortsluiting-boys de afgelopen dagen geen stukjes? Omdat: Kortsluiting-Rotterdam afgelopen woensdag getrouwd is, en de redactie-Groningen als gezelligheidsdier natuurlijk alle festiviteiten afliep, zoals daar zijn een gezellig etentje op woensdagavond, met aansluitend een goed gesprek met zijn gastheer de vriend van de moeder van de vrouw van de redactie-Rotterdam. Donderdag had Rotterdam een lunch met de familie van hem en zijn vrouw, terwijl Groningen enigszins katterig terugspoorde naar de noordelijkste metropool van ons land. Vrijdag was er weer een feest in Rotterdam, tijdens welke bijeenkomst het verse huwelijkspaar de huwelijksgeloften aflegde en er door het vrijgezelle tevens niet-vegetarische deel van de redactie bijzonder genoten werd van het absolute culinaire hoogtepunt niet alleen van de Rotterdamse, maar we kunnen gerust stellen van de gehele Nederlandse keuken: een patatje kapsalon.